Pestprotocol

Pestprotocol Judovereniging THAG en Judo Almelo

In dit document hebben wij als judovereniging THAG en Judo Almelo vastgelegd hoe wij door gewenst gedrag te stimuleren, pesten binnen de vereniging trachten te voorkomen. Daarna zal behandeld worden hoe wij omgaan met situaties waarin dit toch gebeurt/dreigt te gebeuren. Tot slot zal uitgewerkt worden welke sancties mogelijk zijn als een situatie niet tot een oplossing komt.

Gewenste omgang bevorderen

Het is erg belangrijk dat judoka’s zich veilig voelen in hun sportomgeving. Hier hoort bij dat zij zich niet gepest mogen voelen. Om het risico daarop zo klein mogelijk te maken hebben we een aantal gedragsregels opgesteld. Deze regels zijn hieronder te vinden.

Een aantal dingen zijn in onze club niet toegestaan. Hieronder vallen:

Het beoordelen op uiterlijk, afkomst, geslacht of andere persoonskenmerken of het maken van kwetsende opmerkingen daarover.

Ongewenst aan de spullen van een ander komen.

Een ander bewust hardhandig behandelen en/of fysiek pijn doen bij het oefenen.

Elkaar met een bijnaam aanspreken die door de bedoelde persoon er van niet als positief ervaren wordt.

Vloeken of schelden.

Daarnaast verwachten wij van leden de volgende dingen uitdrukkelijk wel:

Probeer ruzie te voorkomen en als dit zich toch voordoet altijd samen op te lossen.

Wanneer dit niet lukt: zoek contact met een leraar, vertrouwenscontactpersoon en/of bestuurslid.

Luister aandachtig naar elkaar.

Help elkaar waar nodig.

Zorg dat nieuwkomers in de groep goed worden ontvangen en opgevangen.

Bovenstaande gedragsregels worden al bij inschrijving kenbaar gemaakt aan al onze leden en zijn terug te vinden op http://www.jvthag.nl/.

Verder wordt er door de leraren regelmatig aandacht aan besteedt en zien wij toe op de naleving ervan tijdens de judolessen. Bovendien wordt aan ouders/verzorgers ook gevraagd om ongewenst gedrag te melden wanneer zij dit tegenkomen of vermoeden.


Situaties van pestgedrag oplossen

Als er een vermoeden bestaat dat er binnen de vereniging gepest wordt, dan worden de volgende stappen doorlopen:

Er wordt vastgesteld of de gepeste heeft geprobeerd het samen met de pester op te lossen.

Als de gepeste er niet uitkomt grijpt de leraar in. Hij/zij brengt de partijen bij elkaar voor een verhelderingsgesprek en probeert samen met hen de ruzie of pesterijen op te lossen en (nieuwe) afspraken te maken

Er wordt contract gezocht met de ouders van de partijen nadat de kinderen hierover ingelicht zijn. Eventueel wordt een gesprek gevoerd met de hele groep. Hierin kan aan de orde komen wat de oorzaken en de gevolgen zijn voor slachtoffers, daders, meelopers en zwijgende middengroep. Besproken kan worden of ze zich realiseren welk verdriet zij veroorzaken met hun gedrag en/of houding. Vervolgens kan aan de groep suggesties gevraagd worden hoe de situatie verbeterd kan worden voor de gepeste judoka.

Bij herhaaldelijke ruzie/pestgedrag neemt de leraar duidelijk stelling en houdt een bestraffend gesprek met de pester. De fase van bestraffen/sancties treedt in werking (zie paragraaf 3). Ook wordt de naam van de ruziemaker/pester vastgelegd in een verslag. Bij iedere melding omschrijft de leraar “de toedracht”. De leraar en ouders proberen in goed overleg samen te werken aan een voor iedereen bevredigende oplossing. Als het gaat om jonge kinderen worden de ouders hier actief bij betrokken.